We kennen allemaal wel een prei en een pompoen. Maar heb je wel eens gehoord van een flowersprout, een Amandine aardappel of een tombolino? Of wat zou je zeggen van een fortex, rijspeul of een pronkboon oftewel ‘Lady Di’? Onze diëtist Floor de Vries vertelt je graag meer.
Dit zijn vergeten groenten en kruiden uit een Middeleeuws verleden. In de moestuin van het landgoed waar ik tegenwoordig meewerk, bestaan ze echt. Ik help mee om ze te planten, te verzorgen en te rooien en natuurlijk om het eeuwige onkruid zoveel mogelijk weg te werken. Kortom om er een verzorgd geheel van te maken en te behouden. Iets waar niet alleen ik, maar ook de andere vrijwilligers voldaan en ontspannen van worden. Nou goed, we voelen onze rug natuurlijk wel na een paar uur ploeteren op het land en vergeet onze zwarte nagels niet. Maar dan zien we weer een vlinder fladderen, ademen de frisse landgoedlucht in en dan zijn we weer dankbaar.
Ik had een tijdje geleden wat tijd over. Kinderen wat ouder, rustigere werkweken… dus ging ik nadenken: waar word ik blij van? Ze zochten vrijwilligers in de moestuin van het landgoed en ik ging kennis maken. Ik kon gelijk beginnen: daar lagen de schoffels. Ik doe het nu 1 dagdeel per week en het is prima met alles te combineren. Aan het einde van de dag krijg ik als dank een zak vergeten groente mee naar huis en thuis kijken ze vreemd naar wat er op hun bord verschijnt. Tijdens het werken heb ik allerlei interessante gesprekken en ik voel me er nog fit bij ook.
Ik kan mij voorstellen dat er meerdere van dit soort beschermde landgoederen bestaan. Vaak beheerd door iemand van adel, of mensen die het niet alleen kunnen bolwerken. De opbrengst van het land gaat grotendeels naar de horeca en de winkels in de buurt. Vrijwilligers zijn altijd welkom om mee te helpen. Naast de moestuin staan ook biologische bosvarkens, er is een winkel en een terras dus er zijn meerdere werkzaamheden. De mensen uit de buurt weten de plek inmiddels te vinden en kopen er hun spulletjes in, er hangt altijd een fijne sfeer. Inmiddels heb ik daarnaast erg veel geleerd over het rooien en telen van allerlei gewassen. Ik heb ontzettend veel nieuwe groenten en kruiden ontdekt waar ik het bestaan niet van wist.
In het leefstijlroer van de vereniging Arts en Leefstijl staan allerlei zaken om aan te werken zodat mensen hun leefstijl verbeteren. Als diëtist bespreken we deze zaken met onze cliënten, niet alleen voeding, maar o.a. ook beweging en slaap. Een ander onderdeel van het leefstijlroer is ‘zingeving’: Wat beweegt je? Waar word je blij van? Dit moet iedereen voor zichzelf invullen.
Ik denk dat meewerken in een tuin en zien welke eerlijke producten er van het land afkomen en uiteindelijk op ons bord belanden daar een mooi voorbeeld van is.
